Met dank aan vriend D, de Koekies en Zoha en Melissa.
Lieve I,
Echte avonturen zijn niet voor mij weggelegd. Die overtuiging is zo sterk dat ik de bewering kan omdraaien: als ik iets meemaak kan het geen echt avontuur zijn. Als ik het kan doen kan in principe iedereen het doen. En als iedereen het in principe kan doen is het geen echt avontuur. Echte avonturen zijn weggelegd voor bijzondere mensen, met bijzondere kwaliteiten. Het zijn avonturen die je serieus in gevaar brengen. Mensen die echte avonturen beleven trotseren dat gevaar en accepteren het feit dat het fout kan aflopen. De ontdekkingsreizigers uit de 15de en 16de eeuw, dát waren avonturiers. Livingstone en Stanley die Afrika door trokken in de 19de eeuw, Amundsen, Scott en Shackleton die begin 20ste eeuw naar de Zuidpool gingen. Van hun reizen kwamen veel bemanningsleden niet terug, en de meesten stierven ook zelf in het harnas.
Ik ben daartoe niet bereid, I. Ik ben een verwende 21ste-eeuwer die teveel gehecht is aan luxe om zijn leven in de waagschaal te stellen. Bovendien is er niet meer zo heel veel te ontdekken. Wil je daadwerkelijk iets nieuws doen, of komen op plekken waar nog niemand geweest is, dan is zeer specialistische kennis vereist. Je moet geloven in iets waar niemand anders in gelooft en heel veel energie, tijd en geld steken in een plan met een uiterst onzekere afloop. Daarbij vergeleken is dat wat ik doe peanuts. Ik ben geen avonturier, ik ben een toerist die misschien net iets verder gaat dan de lui die elk jaar naar hetzelfde appartement op Ibiza gaan, maar een toerist niettemin.
Lieve I,
Ik heb een beeld in mijn hoofd. Het is een simpel beeld en het zit er al heel lang. Het heeft zich daar genesteld toen ik een jaar of acht was, vermoed ik, of nog eerder. Ik heb geen idee waar het vandaan komt. Misschien heb ik rond die leeftijd iets gelezen, ergens iets gezien, is mij een verhaal verteld. Het is een belangrijk beeld, dat weet ik. Af en toe komt het naar boven, zoals sommige dromen steeds terugkeren in je slaap.
Ik zie een vlakte voor me, weids, oneindig, met hoog gras. Ver van de bewoonde wereld. Midden in die vlakte staat een huisje. Daar woon ik. Ik weet niet waar het is, wat er verder in dat huis is, zelfs niet hoe dat huis er überhaupt uitziet. Ik weet niet hoe ik leef en waarvan, ik weet niet waar ik mij mee bezig houd. Ik weet alleen dat ik daar ben en dat er niemand anders is. Ik ben een kluizenaar.